Op 28 april 1859 reizen diverse mannen uit Dalfsen, Avereest en Nieuwleusen naar Zwolle. Op die dag wordt in lokaal Odeon de eerste veilingronde gehouden van 81 percelen grasland. De percelen liggen in De Meele, een gebied tussen kruispunt Lichtmis en gemeenschap Den Hulst.
In de zomer van het jaar daarvoor hebben de eigenaren van Marke Rozengaarde besloten om het Melerveld te gaan verkopen. Er kwam steeds meer druk vanuit de Provinciale Staten om over te gaan tot opheffing van het marke-systeem. Voor de verkoop van de nog overgebleven gronden werd een commissie ingesteld. Die stelde weer een verkoopcommissie in, waar onder andere Godert Willem baron van Dedem deel vanuit maakte. Het definitieve besluit tot verkoop van het Melerveld ging niet trouwens niet zonder slag of stoot. Uit de veilingsakte blijkt dat niet iedere ‘aandeelhouder’ voorstemde. In totaal stemden 33 voor en 12 tegen.
Nadata in juli 1858 het besluit tot verkoop was genomen, werd de gronden in de herfst die volgde klaargemaakt voor verkoop. Er werden wegen aangelegd en sloten gegraven.
Op 28 april 1859 kan dan de eerste veilingronde worden gehouden. Een diverse groep mannen verzamelt zich die woensdag in lokaal Odeon, pal tegenover het gerechtsgebouw. Onder de aanwezigen zijn zowel leden van provinciale staten als slagers en landbouwers. Er zijn ook enkele verveners vanuit Avereest naar Zwolle gekomen, zoals Arend Berends en Wilhelmus Brink. De adellijke familie Van Dedem ontbrak natuurlijk ook niet. Zowel Godert Willem als zijn neef Coenraad, de zoon van Willem Jan baron van Dedem, zijn op de veiling aanwezig. De Joodse koopman Wentzel en onderwijzer Neurink hebben ook een plek gevonden in de zaal, net als diverse boeren uit Nieuwleusen en omgeving.
Normaal gesproken bezoekt de elite van Zwolle zaal Odeon. Het is een theater waar uitvoeringen en optredens plaatsvinden. Ik vraag mij af of de boeren van Nieuwleusen geïntimideerd waren door de pracht en praal van de zaal of vonden ze het allemaal maar poeha, uiterlijke vertoning?
Eerste veilingronde
Die ochtend op 28 april wordt op het eerste perceel een bod uitgebracht door Claas Janssen, de erfmarkerigter van Marke Rosengaarde. Vermoedelijk een symbolisch bod omdat hij daarna nog maar één keer een bod uitbrengt.
Deze eerste veilingronde is sowieso een soort van voorspel. Veertien dagen later volgt namelijk nog een tweede en defintieve veilingronde. Maar op zo’n eerste dag krijgen de potentiële kopers wel een idee van de te verwachten verkoopprijs en wie belangstelling heeft voor welk perceel.
Tijdens de eerste veilingronde bieden vooral koopmannen, adellijke families en landbouwers van buiten Nieuwleusen op de verschillende percelen. Zestien Nieuwleusenaren, notaris Coenraad van Dedem niet meegerekend, zijn na dag één de hoogste bieder van één of meerdere percelen. Hendrik Neurink, onderwijzer in Nieuwleusen, heeft zelfs het hoogste bod voor vier percelen. Landbouwer Engbert van Hulst is ook de hoogste bieder voor vier percelen. Derk Vonderman en Koop Witpaard zijn de hoogste bieder voor elk drie percelen, en Roelof Schoemaker, Harm Kragt en Albert Schrijver (kastelein) hebben ieder voor twee percelen het meeste geboden.
Boerenprotest
Voordat de veiling plaatsvond, waren er al geruchten dat niet alle arbeiders en boeren zich bij het besluit van de verkoop willen neerleggen. Zij wilden dat hun weiderechten op de Meele werden gerespecteerd. Met het verdwijnen van dit gemeenschappelijk weideveld zagen velen van hen ook hun enige optie om hun dieren te weiden verdwijnen. Niet iedere arbeider en kleine boer beschikte zelf over grasland. Twee dagen na die eerste veilingronde breekt dan ook onrust uit. De boeren en arbeiders brengen hun vee naar het veld en de politie is aanwezig om hen tegen te houden. Dat lukt de agenten echter niet. Telkens worden de dieren op het veld gedreven. Pas na de komst van 50 infanteristen kiezen de boeren en arbeiders eieren voor hun geld. In de maanden erna worden twintig Nieuwleusense boeren en arbeiders veroordeeld voor rebellie, sommigen tot drie keer toe. Je leest meer over dit boerenprotest in het artikel 1859 – boerenprotest in Nieuwleusen
Tweede veilingronde
Als op 14 mei de tweede en definitieve veilingronde plaatsvindt, zien we dat die eerste biedingen echt maar voorspel waren. Hendrik van Hulst die na dag één nog opties had voor vier percelen, verlaat na de tweede dag de veiling zonder een perceel in zijn bezit. Dat geldt ook voor Roelof Schoemaker.
Kijkend naar wie er biedt op die tweede veilingdag, dan valt op dat er heel wat nieuwe bieders naar het speelveld zijn gekomen. Er zijn vooral meer Nieuwleusenaren die een bod uitbrengen, veelal landbouwers.
Zo weet Theunis Melenboer twee naast elkaar gelegen percelen aan te kopen. Harm van der Kolk, die bij de protesten nog was opgepakt, weet ook een perceel te bemachtigen. Ook Jan en Klaas Brasjen en de moeder van Willem de Boer, Jentje Meulenbelt, zijn de hoogste bieder voor een perceel. Jentje is trouwens de enige Nieuwleusense vrouw die een stuk grond koopt op de Meele. Een tweede vrouw, die actief is op de veiling, is de weduwe van Barteld Stolte, genaamd Marrigje Kreulen. Via een gemachtigde koopt zij een perceel samen met Jan en Berend Hekman. Zij geeft bij de afhandeling van de koop, het perceel echter aan haar zoon Willem Stolte.
De Nieuwleusenaar, die niet van adel is, die de meeste percelen koopt, is onderwijzer Hendrik Neurink. Hij verlaat Odeon met 5 percelen. Ook kastelein Albert Schrijver heeft een goede slag geslagen samen met Gerrit Jan Timmerman. Albert heeft vier percelen gekocht en samen met Gerrit Jan nog eens drie percelen. Gerrit Jan Timmerman, een Nieuwleusener boer, heeft ook nog 2 percelen voor zichzelf gekocht.
De elite op de veiling
Ondanks dat een aantal Nieuwleusenaren een perceel hebben kunnen bemachtigen, zijn de meeste (en duurste) percelen toch naar adellijke families en verveners gegaan.
Als eerste is daar de adelijke familie van Dedem. Godert Willem baron van Dedem ten Berg koopt in totaal zes grote percelen, pal in de hoek bij de Ligtmis. Het zijn ook de duurste gronden. In zijn persoonlijk archief vond ik een aantekening waarbij hij deze gronden weer wilde herverdelen in 20 kleinere percelen. Een bijzonder detail is dat op de tweede veilingdag, drie van zijn uiteindelijk zes percelen zijn gekocht door koopman en slager Jan Machiel Wentzel uit Dalfsen. Pas bij het tekenen van de koopovereenkomst op 18 mei, geeft Wentzel aan dat hij de gronden voor Van Dedem heeft gekocht. Sommige historische onderzoekers veronderstellen dat hij de gronden op de gok heeft gekocht, om ze vervolgens buiten de veiling door te verkopen aan Van Dedem. Jan Machiel Wentzel koopt ook een stuk grond dat precies tussen een aantal percelen van Wilhelmus Brink inligt. Deze weet hij echter niet aan Wilhelmus door te verkopen.
Wilhelmus Brink uit Avereest is een geboren Nieuwleusenaar en zoon van een tapper. Hij wordt veenbaas in Avereest en trouwt met Hilligje Veningen, de dochter van Roelof Veningen, groot vervener langs de Dedemsvaart. Op de veiling doet hij de aankopen niet alleen voor zichzelf maar ook voor Willem Hamilton of Silverton Hill. Willem Hamilton zijn vader is rijksontvanger in Oldemarkt, een plaats op de grens van Friesland met Overijssel. Willem Hamilton verhuist naar Avereest om daar als landbouwer te beginnen, maar kort na de aankopen op de Meele wordt hij gemeenteontvanger bij de gemeente Avereest. In totaal kopen Wilhelmus Brink en Willem Hamilton of Silverton Hill acht van de 81 percelen.
Coenraad baron van Dedem, notaris in Nieuwleusen en wonende op de Rollecate aan de Dedemsvaart, koopt negen percelen, maar betaalt daarvoor ongeveer de helft van wat zijn oom Godert Willem voor zijn zes percelen betaalde. Zijn percelen lagen allemaal aan de Dedemsvaart, dichtbij zijn woonhuis. Feitelijk is hij de Nieuwleusenaar die de meeste gronden heeft gekocht.
Maar al deze mannen zijn niet de grootste koper van percelen geweest, dat was Jan Westra of eigenlijk Susanna Leonora Van Holthe. Jan Westra doet de biedingen op de tweede veilingdag, maar het is Godert Willem van Dedem die op 18 mei namens Jan Westra de koop afhandelt. In de machtiging staat dat Jan Westra de aankopen namens zijn vrouw en zoon Willem Westra heeft gedaan. Omdat getrouwde vrouwen in die tijd geen wettelijke handelingen mochten plegen, kan het zijn dat hij in opdracht van zijn vrouw deze gronden heeft gekocht. En dat Godert Willem baron van Dedem de koop afhandelt, omdat Leonora’s moeder de oudere zus van Godert Willem is. Zij is in 1858 overleden. Uit archiefstukken in het Drents Archief blijkt dat de gronden vanuit een deel van haar erfenis zijn gekocht. Bij de uiteindelijke verdeling van haar moeders erfenis, behoudt Susanne Leonora de percelen op het Melerveld. Susanna Leonora van Holte en haar stiefzoon Willem Westra kopen in totaal 10 percelen op de veiling met een totale waarde van 16.855 gulden. Omgerekend naar de waarde van vandaag, is dat zo’n € 200.000 euro.
Hieronder een overzicht van de grootste kopers op de veiling in geldbedragen:
Susanna Leonora Van Holthe en stiefzoon Albert Willem Westra van Holthe (via Jan Westra en Godert Willem Van Dedem) | 10 | 16855 |
Godert Willem Baron van Dedem ten Berg | 6 | 11250 |
Albert Schrijver (kastelein Ligtmis) | 4 | 6900 |
Willem Hamilton of Silverton Hill | 3 | 6150 |
Coenraad Willem baron van Dedem | 9 | 6020 |
Wilhelmus Brink | 3 | 5805 |
Landbouwers
Maar gelukkig ook diverse landbouwers verlaten op 14 mei het Odeon met minimaal één perceel in hun bezit. In totaal kopen 48 landbouwers een perceel. Een aantal daarvan is afkomstig uit Staphorst, Zwollekerspel of Dalfsen, maar de meesten komen uit Nieuwleusen. In een aantal gevallen worden de percelen gezamenlijk gekocht. Ik heb de relatie tussen deze personen nog niet uitgezocht, maar ontvang graag informatie daarover.
De landbouwers uit Nieuwleusen die het meeste geld uitgaven op de veiling waren:
Gerrit Jan Timmerman | 2 | 2785 | |
Klaas van Hulst en Hendrik Aarten | 1 | 2100 | |
Klaas Prins | 1 | 2000 | |
Koop en Harm Witpaard | 1 | 1975 | Borg gesteld door Jacobus Bijker |
Deze boeren kopen percelen die in het westelijk gedeelte liggen van het Melerveld, dus dichtbij de Ligtmis. Van daaruit zijn goede verbindingen met Zwolle, Hasselt, Steenwijk en Dedemsvaart voor de afvoer van hun gras en hooi. De percelen aan de zuidkant en de percelen die dichter bij Nieuwleusen zelf liggen, gaan voor veel lagere prijzen weg.
Ondanks dat 48 landbouwers een stuk grond konden kopen, vielen ook velen buiten de boot tijdens de veiling. Zo ook enkele boeren en arbeiders die betrokken waren bij de opstand. Zo hebben Harm Wichers Borger en Jan Witpaard wel geboden, maar hadden zij niet het hoogste bod. Jan Witpaard moest zelfs zijn oorspronkelijke bod die hij tijdens de eerste veilingdag had gedaan, weer intrekken. Hij kon de financiering niet rondkrijgen.
En dan was er nog iemand die graag grond wilde kopen, maar steeds aan het kortste eind trok. Dit was Johann Heinrich Daman uit Avereest. Hoe hij ook zijn best deed, hij werd altijd overboden op de tweede veilingdag.
Op zaterdag 14 mei om half zes was de tweede veilingdag afgelopen. Een paar dagen later, op 18 mei, komen alle kopers weer naar Zwolle om de definitieve koopakte te tekenen. Pas dan wordt écht duidelijk wie de verschillende percelen hebben gekocht. En met het tekenen van de koopakte, is dan ook definitief een einde gekomen aan het gemeenschappelijk grondbezit in de gemeente Nieuwleusen.
Document
Wil je zelf kijken wie heeft geboden? De gegevens in de akte heb ik een Excel-document geplaatst. Je vindt deze hieronder als pdf-bestand. Het eerste gedeelte is een overzicht per perceel, waarin je kan zien wie er geboden heeft, voor hoeveel en naar wie uiteindelijk het perceel is gegaan. In het tweede gedeelte vind je alle bieders op een rij en in het derde deel een lijst van de uiteindelijke eigenaren.
Snuffel er gerust door en als je vragen of opmerkingen hebt, hoor ik het graag!
Goede middag Heleen,
Wat een genot jouw site te lezen, waarop zoveel nieuwe informatie op heldere wijze voor het voetlicht komt. Waar ik even internet ging gebruiken was bij Susanna Leonora van Holthe, waar jij wel zegt dat haar moeder de oudere zus van Godert Willem is, maar waar je als lezer dan toch graag wilt weten hoe de naamsverandering heeft plaats gevonden. Misschien nog even toevoegen: Moeder: Geertruida Agnes van Dedem gehuwd met Aalt Willem van Holthe?
Met vriendelijke groet, Gees Bartels.